In Syrië zijn Britse speciale troepen gespot die zij aan zij vechten met anti-regeringsmilitanten. Daarmee is voor het eerst bewijs geleverd dat de troepen direct betrokken zijn bij het conflict.
De Britse troepen trekken vaak de grens over naar Syrië om het zogeheten Nieuwe Syrische Leger te ondersteunen, meldde de Britse krant The Times maandag. “Ze hebben ons geholpen met de logistiek, zoals het veilig maken van de bunkers,” zei eerste luitenant Mahmoud al-Saleh over de Britse soldaten.
Het Nieuwe Syrische Leger opereert voornamelijk in het zuidoostelijke dorp al-Tanf, dat het in mei wist te heroveren op terreurgroep IS. “Ze [IS] vallen ons constant aan en willen duidelijk voorkomen dat we kunnen rusten,” vervolgde Saleh. “Ze gebruiken raketten, mortieren en veel zelfmoordterroristen.”
Greep
Het Britse dagblad merkt verder op dat Britse troepen hebben geholpen bij de wederopbouw van de basis van de militanten in het dorp. De basis was afgelopen maand het doelwit van een zelfmoordaanslag.
Door het buitenland gesteunde militanten blijven Syrië in hun greep houden. Dat is volgens de overheid van het Arabische land de schuld van regionale en westerse overheden.
Sinds het begin van de burgeroorlog in Syrië is meer dan 11 procent van de bevolking gewond geraakt of omgekomen, zo staat in een rapport van het Syrische Centrum voor Beleidsonderzoek.
In handen van IS
Het aantal doden als gevolg van de oorlog, zowel direct als indirect, wordt door het centrum becijferd op 470.000. Dat is veel meer dan de 250.000 doden die de Verenigde Naties anderhalf jaar geleden noemden voordat ze stopten met tellen.
Het Britse ministerie van Internationale Ontwikkeling onthulde dat 5,1 miljoen pond Britse hulp aan Syrië mogelijk in handen van IS is geëindigd. De Britse autoriteiten zeggen ook dat tenminste 800 Britten naar Syrië en Irak zijn afgereisd om zich aan te sluiten bij lokale terreurgroepen.