De Europeanen hebben gekozen voor een nieuw Europees Parlement. In totaal gingen vorige week ruim vierhonderd miljoen mensen in 28 landen naar de stembus. NU.nl trekt op basis van de laatste uitslagen alvast vijf conclusies.
1. Het parlement is verder versplinterd
Het Europees Parlement wordt niet langer gedomineerd door de christendemocraten (EPP, onder meer met het CDA) en de sociaaldemocraten (S&D, onder meer met de PvdA). Deze twee groepen blijven wel de grootste zoals bijna altijd het geval is geweest, maar verliezen dit keer veel zetels.
Er is dus een derde groep nodig voor een meerderheid. De ‘kingmakers’ kunnen worden gezocht bij de liberale groep ALDE (onder meer met VVD en D66) en De Groenen (onder meer GroenLinks), de twee grote winnaars van deze verkiezingen.
Omdat er meerdere partijen binnen een groep zitten, is er niet automatisch sprake van fractiediscipline.
Kijk bijvoorbeeld naar het verbod op de pulsvisserij waarbij het landsbelang – dwars door alle Europese groepen – meespeelt. Een meerderheid is dus meer dan de helft plus één.
Een andere grote winnaar is ENV, de groep waar onder meer de PVV van Geert Wilders en Rassemblement National (eerder Front National) van Marine Le Pen in zitten. Gezien de zeer eurosceptische overtuiging van deze partijen, zal het ENV niet worden gevraagd om meerderheden te vormen.
2. Partij Merkel levert in, Macron verliest van Le Pen
In de grote Europese landen hebben de leiders gezichtsverlies geleden.
In Frankrijk ging de campagne tussen Le Pen en Emmanuel Macron (de coalitie Renaissance). De Franse president hield de kiezers voor dat zijn partij de rechts-radicale Le Pen kon tegenhouden en verslaan, zoals twee jaar geleden gebeurde tijdens de nationale verkiezingen.
Dat Le Pen nu de grootste partij is geworden, hoe klein het verschil ook precies is, is een grote nederlaag voor Macron. De president heeft al maanden te maken met onrust in eigen land door betogingen van de ‘Gele Hesjes’. Macron heeft met deze uitslag bovendien een zwakkere positie op het Europese toneel als daar de belangrijke posities worden verdeeld.
De Duitse Bondskanselier Angela Merkel blijft met haar gecombineerde fractie CDU/CSU de grootste partij van Duitsland, maar levert flink in. Ditzelfde geldt voor de regeringspartner van Merkel, de sociaaldemocratische partij SPD.
Winst ging er bij de Duitsers vooral naar De Groenen en de rechts-radicale partij Alternative für Deutschland.
3. Er is geen sprake van een groene of eurokritische golf
De Groenen in het Europees Parlement kunnen er waarschijnlijk zo’n vijftien zetels bij schrijven, ‘topkandidaat’ Bas Eickhout ziet daarom “een groene golf”.
Tegelijkertijd wordt Le Pen de grootste in Frankrijk (maar verliest wel ten opzichte van de vorige verkiezingen), wint Matteo Salvini met zijn partij Lega in Italië en groeit Alternative für Deutschland. Dit zijn allemaal eurokritische partijen.
Om de de vraag te kunnen beantwoorden, moeten we iets verder uitzoomen. Het klopt dat de twee grootste partijen (EPP en S&D) voor het eerst sinds de eerste Europese verkiezingen in 1979 geen meerderheid meer hebben. Maar de centrumfracties vormen gezamenlijk nog steeds een comfortabele meerderheid.
De vraag is wel hoe de groepen er uiteindelijk uit gaan zien. Partijen kunnen nog van groep wisselen en dat zal waarschijnlijk ook gaan gebeuren. Zo zal Fidesz, de partij van de Hongaarse premier Viktor Orbán, waarschijnlijk op zoek gaan naar een andere groep. Nu is die fractie nog lid van de christendemocratische EPP, maar Fidesz heeft momenteel geen stemrecht vanwege meerdere aanvaringen met de rest van de groep.
De eurokritische groep (ENF) wordt groter, maar niet significant groter. Van een golf is dus geen sprake.
Had Bas Eickhout dan wel gelijk toen hij het over een groene golf had? Achttien zetels winst lijkt aanzienlijk, maar afgezet tegen het totaal aantal zetels van 751 valt dat wel mee. Aan de andere kant willen de liberalen (ALDE) – eveneens een grote winnaar – over het algemeen ook een stevig klimaatbeleid. Al geldt dat weer niet voor alle partijen die zich daarbij aangesloten hebben.
Er is dus niet echt sprake van een golf. Wellicht is een groene ‘onderstroom’ in dit geval eer op z’n plaats.
4. Nigel ‘Brexit Party’ Farage verpulvert Theresa May
Voor de Britten waren het vreemde verkiezingen, aangezien zij zoals het er nu naar uitziet 31 oktober de Europese Unie zullen verlaten.
De Conservative Party van Theresa May kreeg een behoorlijke klap te verduren (van negentien naar vier zetels). Toen de Britten naar de stembus gingen, moest May haar aftreden nog aankondigen. Dus er is geen sprake van een trap na. Maar het laat wel zien dat de kiezers afrekenen met de huidige koers.
De grote winnaar is Nigel Farage. Hij had met zijn Brexit Party geen officieel verkiezingsprogramma, maar wel één boodschap: het Verenigd Koninkrijk moet zo snel mogelijk de EU verlaten. De liberalen, die juist fel tegen een Brexit zijn, werden flink groter.
De partijen die zich dus het meest over dit onderwerp hebben uitgesproken, hebben gewonnen.
5. De hoogste opkomst in 25 jaar tijd
De opkomst is relatief hoog te noemen. Met een voorlopige 51 procent lijkt die de hoogste sinds 1994 te worden. Vijf jaar geleden lag de opkomst nog op 42 procent.