Ze is jong, rond de 18 jaar. Met een olijfkleurige huid en zwarte haren die tot in haar gezicht hangen. Ze probeert te lachen, maar kijkt niet naar de fotograaf. De commentaar laat niets aan de verbeelding over: het meisje is te koop, klinkt het in ‘The Washington Post’.
“Aan alle broeders die overwegen een slavin te kopen: deze kost 8.000 dollar (7.200 euro; nvdr)”, staat er te lezen op de Facebookpagina van IS-strijder Abu Assad Almani. Enkele uren later volgt een nieuwe foto, van een bleek meisje met huilerige rode ogen. “Nog een slavin die ongeveer 8.000 dollar kost. Toppertje of niet?”
De foto’s die op 20 mei online verschenen, werden enkele uren later al offline gehaald door Facebook. Of de man zelf de verkoop regelde of enkel de boodschap mee hielp verspreiden, is niet duidelijk.
Handleiding
Het bevestigt wel de vrees dat sociale media almaar belangrijker worden voor terreurgroepen. In de voorbije maanden werden al verschillende accounts aangetroffen waarbij de verkoop van seksslavinnen ter sprake kwam. De teksten lijken wel een handleiding, met bijvoorbeeld de vraag of seks met pubermeisjes mag (ja dus) en hoe zwaar een slavin geslagen mag worden. Dat op het platform nu ook effectief twee jongedames te koop aangeboden worden, is een trieste primeur.
Het fenomeen is ook het Middle East Media Research Institute -een non-profitorganisatie in Washington die zich bezighoudt met sociale media van jihadisten- niet ontgaan. “We hebben al heel wat wreedheden gezien, maar wat IS de voorbije twee jaar allemaal online gezet heeft tart alle verbeelding”, aldus directeur Steven Stalinsky. “De verkoop van seksslavinnen op sociale media is daar nogmaals een voorbeeld van.”
“Kan ze iets speciaals?”
‘We hebben al heel wat wreedheden gezien, maar wat IS de voorbije twee jaar allemaal online gezet heeft tart alle verbeelding’
De eigenaar van het account is vermoedelijk een Duitser die in Syrië voor IS vecht. Af en toe lanceert hij een oproep om geld door te sturen naar de terroristische groepering. Nu vroeg hij zijn Facebookvrienden om “te komen trouwen in IS-gebied”.
Reacties bleven natuurlijk niet uit. Sommigen lachten met haar uiterlijk en vroegen zich af of 8.000 dollar niet te zwaar doorgerekend was. “Wat maakt haar die prijs waard? Kan ze iets speciaals?”, vroeg iemand. “Nee. De wet van vraag en aanbod”, luidde het antwoord. Anderen namen Almani dan weer op de korrel omdat de vrouwen zonder sluier te zien waren.
“Aandacht verslapt”
IS maakt veelvuldig gebruik van Facebook en Twitter om propaganda te verspreiden en nieuwe rekruten aan te trekken. Bij misbruik proberen de sociaalnetwerksites zo snel mogelijk in te grijpen, maar het blijft dweilen met de kraan open.
Mensenrechtenorganisaties klagen intussen dat de aandacht voor vrouwelijke IS-gevangenen aan het afnemen is. Volgens Human Rights Watch leven nog steeds 1.800 Yezidi-meisjes onder hun juk. Vorige maand nog vertelden tientallen ontsnapte slachtoffers hoe ze meermaals verkracht en doorverkocht werden. Hoe meer IS militair en financieel onder druk kwam te staan, hoe harder ze het te verduren kregen.
Bron: The Washington Post
