Een elfjarig Nederlands meisje is vrijdag vanuit Syrië naar Nederland gebracht. Dat bevestigt het Nederlandse Rode Kruis na berichtgeving hierover. De hulporganisatie speelde een belangrijke rol in het terughalen van het kind.
Het meisje, dat een Nederlandse vader heeft en een moeder met een dubbele nationaliteit, was in 2016 met haar moeder naar Syrië vertrokken. Haar vader had aangifte van ontvoering gedaan. Wat ze in het Arabische land deden is niet bekend. Ze verbleven in Noord-West Syrië in de buurt van de Turkse grens. De twee zaten volgens het Rode Kruis niet in een detentiekamp.
De vader die contact had met zijn ex-vrouw en zijn dochter had het Nederlandse Rode Kruis ingeschakeld om te helpen het meisje terug te halen naar Nederland.
Volgens een woordvoerder van het Nederlandse Rode Kruis is in samenwerking met zusterorganisatie de Turkse Halve Maan contact gelegd met het meisje en haar moeder waarna in overleg besloten is het kind te laten terugkeren. De Turkse autoriteiten hadden toestemming gegeven voor de repatriëring.
Nederlandse regering haalt geen kinderen terug
Het ministerie van Buitenlandse Zaken in Den Haag is op de hoogte van de actie. “We zijn bekend met de terugkeer van het kind. Dit betreft een actie van de vader, waardoor het kind Syrië kon verlaten. Nederland heeft de Turkse autoriteiten geïnformeerd over deze zaak. In verband met de privacy gaan we verder niet op de kwestie in”, liet een woordvoerder weten.
De Nederlandse regering is niet van plan om kinderen uit Syrië terug te halen. Ongeveer negentig Nederlandse kinderen zitten nog vast in Syrië.
Begin juni zijn wel twee jonge Nederlandse weeskinderen van een overleden Syriëganger teruggehaald. Dat gebeurde volgens de regering bij hoge uitzondering. De twee verbleven onder erbarmelijke omstandigheden en zonder enige vorm van ouderlijk gezag in een vluchtelingenkamp in het noorden van Syrië. De kinderen konden naar Nederland met hulp van de Franse overheid, die zelf Franse kinderen heeft teruggehaald.