In de (sociale) media klinkt hevige kritiek op de actie van de politie in Sliedrecht. Een wijkagent bracht gisteren een bezoek aan een Sliedrechter die op Twitter kenbaar maakte tegen een asielzoekerscentrum (azc) in zijn dorp te zijn. De man werd gewaarschuwd om op Twitter op zijn woorden te letten. ‘Pure intimidatie’ noemt hij het bezoek van de wijkagent. Burgemeester Bram van Hemmen wil nog steeds niet reageren op het voorval. Onduidelijk is of hij de opdracht heeft gegeven, wel was hij ervan op de hoogte…
De Nederlandse politie lijkt een nieuw instrument te hebben ontdekt om op te treden tegen ongewenste uitingen op sociale media. Tegenstanders van asielzoekerscentra kregen in Sliedrecht, Leeuwarden, Enschede en Kaatsheuvel een huisbezoek van enkele agenten, nadat zij zich kritisch hadden uitgelaten over de komst van vluchtelingen (NRC 20 januari j.l). Probleem is echter dat hier de vrijheid van meningsuiting in het geding is. Onze Grondwet is daar heel duidelijk over. Sancties vanwege de inhoud van een uiting zijn alleen mogelijk als de wetgever de inhoud uitdrukkelijk verboden heeft. Zo kent het strafwetboek verschillende uitingsdelicten: opruiing, aanzetten tot haat, smaad en belediging…
…Voorstanders van de huisbezoeken kunnen zeggen: Hoezo, een sanctie? De politie gaat toch juist een debat aan? Wat voor een kwaad kan dit? Late we ze alle drie even doornemen. In de eerste plaats is een huisbezoek niet zo onschuldig als het lijkt. Er zullen maar drie geüniformeerde politiemannen bij je op de stoep staan. Niet iedereen weet dat je op grond van artikel 12 van de Grondwet het recht hebt hen zonder nadere uitleg weg te sturen. Bovendien is niet iedere politieambtenaar even schuchter en bescheiden.
De tegenwerping dat het bezoek ertoe dient een debat aan te gaan, is evenmin overtuigend. We hebben het immers niet over volksvertegenwoordigers, die voor zichzelf of namens hun partij spreken, maar over ambtenaren van de uitvoerende macht.
En dan de derde vraag: wat voor een kwaad kan het eigenlijk? Mijn antwoord zou zijn dat willekeur op de loer ligt. Het is volstrekt onmogelijk om tegen iedere dubieuze uitspraak op het internet in actie te komen. Zelfs als de politie zich zou beperken tot uitingen die waarschijnlijk een strafbaar feit opleveren, moet zij selectief zijn. Dat vereist rationele criteria. In de NRC van 21 januari jl. stond een verhaal dat de risico’s illustreert. De politie van Schiedam twitterde deze zomer dat ze aan de deur waren geweest bij „een man die het nodig vond om ons te beledigen via social media”. De man, die niet bij naam genoemd werd, heeft de tweet verwijderd en zijn excuses aangeboden. Op Twitter vroegen mensen de politie vervolgens om een toelichting. De reactie was simpel: „Wij tolereren geen beledigingen, ook niet online”. Dit is niet alleen willekeur, maar ook nog rechter spelen in eigen zaak.
Mag de politie nooit op huisbezoek na een ongewenste uiting? Laten we daar niet dogmatisch in zijn. Stel dat een uiting onmiskenbaar strafbaar is. Een openbare oproep om op zaterdagavond om 20.00 uur stenen door de ruiten van het stadhuis te gooien, is een voorbeeld van strafbare opruiing. Vast staat dat een strafvervolging mogelijk is. Of van die mogelijkheid gebruik zal worden gemaakt mag in Nederland het Openbaar Ministerie beslissen. Door de beslissing te leggen op een hoger niveau dan de politie zelf, te weten bij de officier van justitie, neemt de kans op willekeur af.
Agent, U twittert zelf ook dom !! Het digitale politiebeleid hangt van willekeur aan elkaar, weet Linda Duits…
…De politie heeft een algemeen twitteraccount en iedere politieregio heeft een eigen twitterkanaal. Daarnaast is er een wildgroei aan lokale accounts. Ze voeren meestal het logo van de politie en in de bio staat vaak vermeld dat het een officieel account betreft. Wijkagenten of -bureaus informeren burgers over van alles en nog wat via zulke kanalen. Ze schrijven over bijzondere gebeurtenissen, geven anti-inbraaktips of laten hun mening horen. Er lijkt daarbij geen enkele sturing of controle van bovenaf te zijn. Het aantal feitelijk onjuiste of ethisch discutabele berichten is inmiddels zo hoog dat er niet meer van incidenten gesproken kan worden.
Tweede Kamerleden Bontes en Van Klaveren (Voor Nederland) hebben schriftelijke vragen gesteld aan de minister van Veiligheid en Justitie nadat de politie vandaag een tegenstander van een asielzoekerscentrum (azc) in Sliedrecht waarschuwde om op Twitter op zijn woorden te letten. De kamerleden reageren vol afschuw en reppen van ‘zeer intimiderend gedrag’. Ze willen dat de politie daar direct mee stopt.