Eén van de particuliere beveiligingsbedrijven die tijdens het protest tegen de Dakota-pijpleiding honden op betogers afstuurde, blijkt banden te hebben met Amerikaanse militaire interventies in Irak en Afghanistan en heeft geheime operaties uitgevoerd voor de beruchte huurlingenfirma Blackwater.
Het bedrijf achter de Dakota Access Pipeline heeft verschillende beveiligingsbedrijven ingehuurd, waaronder TigerSwan Security.
Democracy Now! onthulde dat bewakers van de pijpleiding op 3 september pepperspray hadden gebruikt en honden hadden losgelaten op indianen, die zichzelf beschermers in plaats van betogers noemen.
Controverse
Naar aanleiding van de onthullingen werd een onderzoek ingesteld, waaruit bleek dat de bewakers niet over de juiste papieren beschikten.
Een onderzoek van DeSmogBlog heeft de controverse rond de beveiligingsfirma nog verder aangewakkerd.
TigerSwan zetelt in North Carolina, maar heeft ook kantoren in Irak, Afghanistan, Saoedi-Arabië, Jordanië en diverse Zuid-Amerikaanse steden.
CIA
De firma is in 2007 opgericht door voormalig Delta Force-commando’s en is actief in 79 verschillende landen.
“Het is triest, maar niet verrassend dat deze firma in verband wordt gebracht met de Amerikaanse interventies in Afghanistan en Irak,” zei Medea Benjamin van Code Pink, een vrouwenbeweging tegen oorlog.
Oprichter en voorzitter van TigerSwan is James Reese, die onder meer de CIA-directeur adviseerde over de invasie van Afghanistan.
Azië
Onderzoeksjournalist Jeremy Scahill, auteur van het boek Blackwater: The Rise of the World’s Most Powerful Mercenary Army zei dat TigerSwan door Blackwater werd gebruikt voor geheime operaties.
Uit zijn boek blijkt dat Blackwater ook oliepijpleidingen in Azië heeft bewaakt.
[teleSUR]